kerst-tranenEerste kerstdag. Ik kruip uit bed. Niet fijn geslapen. En meteen weet ik: het is weer zover. Stipt op tijd. Geen leuk kerstcadeau. In plaats van een kadootje onder een gezellige kerstboom – die we dit jaar niet hebben door de verhuizing – word ik uitgerekend vandaag ongesteld. En er is deze maand geen twijfel mogelijk. Geen sprankje hoop dit keer. Geen hoopvolle gedachte dit keer dat ik misschien één van die vrouwen ben die een bloeding heeft aan het begin van de zwangerschap en dat het wél goed zit. Maar eigenlijk is dat ook wel een keertje fijn. Want ik weet nu: hoop is kwetsbaar, breekbaar als een kerstbal.

Het zou onze laatste kerst zijn met zijn tweetjes. Die gedachte bekruipt me vandaag op onbewaakte momentjes… Als ik onder de douche sta en het litteken in m’n navel en de twee kleintjes iets daaronder zie, schiet ik vol. M’n tranen stromen samen met het water langs m’n wangen. Bleh.. Wat een stomme dag.

’s Avonds zie ik de hele familie: 55 man sterk. Drie generaties: ooms en tantes, neven en nichten en nog een hele bups achterneefjes en -nichtjes. En het feit dat ik zonder kinderen nog steeds behoor tot de groep ‘jongere neefjes en nichtjes’ is confronterend…

Mam zegt opbeurend: “Het kan nog steeds de laatste kerst met z’n tweetjes worden!” Ik denk er het mijne van, maar toch geeft het weer een sprankje hoop…