Ai.. Het tweede deel huiswerk is binnen! Pittig! Hoe ga je met verliezen om? Welke verliezen heb je ervaren, wanneer en hoe ging je ermee om? En hoe uitte je emoties als kind? En nu, als volwassene?

Daarnaast een boel casussen van mogelijke kinderen die je in huis zou kunnen krijgen. En dat is heftig. Seksueel misbruikte kleuters, verwaarloosde pubers, baby’s die elk contact afwijzen, zwaar angstige of mishandelde kinderen, etc. Dit weet je allemaal voordat je aan het traject begint, maar zo zwart op wit, is het best heftig. Je moet vragen beantwoorden als:

  • Wat maakt dit kind in je los? Wat voel je bij dit kind?
  • Hoe zou je het vinden om dit kind in huis te hebben?
  • Hoe kun je er als pleegouder voor zorgen dat het contact met de ouders hersteld wordt?
  • Hoe zou je met dit kind omgaan?
  • Etc.

MOEILIJK! Want elk kind raakt je, wekt medelijden op… Want je gunt geen enkel kind zo’n jeugd. Maar je kunt ook niet elk kind een thuis bieden natuurlijk… Het moet wel in je gezin passen om succesvol te zijn. En een succesvolle plaatsing is superbelangrijk voor het kind! Dus je moet er goed over nadenken wat je zelf aan denkt te kunnen.

En we moeten ook allebei een referent vragen om wat vragen over ons te beantwoorden. Of we zouden voldoen aan de zes criteria voor pleegzorg. En wat onze aandachtspunten zijn. We hebben onze ouders gevraagd. Gelukkig krijgen we het zelf vooraf ook te zien. Zodat er geen ruzie kan ontstaan 😉 Zo zeiden de trainers het althans!

Deze keer is manlief al helemaal klaar en vind ik het wat moeilijker… Lastig hoor!